Onze reis naar Chili

13 september 2016 - Aalst, België

Welkom op onze reisblog bij Reislogger! We gaan deze website gebruiken om iedereen op de hoogte te houden van onze reis naar Chili. Kom dus snel een keertje terug voor de nieuwste reisverhalen en foto’s. Wil je gemakkelijk op de hoogte blijven van onze belevenissen? Meld je dan aan voor de mailinglijst! 

Opweg

Hasta luego! 

3 oktober ’16

Op naar Zaventem! Etienne en Christel voeren ons weg naar de luchthaven. Met de GPS ingesteld om files te vermijden komen we vlot aan.  Nog tijd om een koffie te drinken en omdat we al online ingecheckt waren moeten we enkel onze valiezen laten valideren. Nadien gaan we naar niemandsland en de taks free.  Een flesje parfum van Clinique is wat Christel ons vroeg mee te brengen. Voor € 66 vinden we ons gerief, beter onmiddellijk meenemen was ons gedacht, wie weet vinden we het nog! Nog wat rondlopen en windowshopping en op naar de Gate waar we met Alitalia opstijgen naar Rome. Ongeveer 2 uur later komen we daar aan en daar is het 8 uur en 30 minuten wachten voor de vlucht naar Santiago, Chili.

In de taks free merken we dat het parfum van Clinique hier € 4 minder staat geprijsd, is de beurs aan het crashen? Verder terug wat windowshopping, een café Americano, windowshopping, een entrecote, windowshopping, …  Naar gate G is met de monorail, gate G en H zijn voor vluchten buiten Europa.  Deze gates zijn dus enkel te bereiken via de trein, in dezelfde luchthaven.  Uit de trein en terug in taks free land. Windowshopping dus.  Na alles gezien te hebben vinden we een wachtplaatsje met ligstoelen! Ideaal om te wachten en uit te rusten.  Onze vlucht heeft wat vertraging en omstreeks 23.00u. vertrekken we een uurtje later dan gepland. Een vriendelijke Argentijn is bereid om te verwisselen van plaats zodat we toch naast elkaar kunnen zitten en weg zijn we.

4 oktober ’16

Op de vlieger kunnen we toch wat slapen en eten, naar wat films kijken of een spelletje ‘wie wordt miljonair’ spelen op het monitortje in de zetel voor ons. Wie het geworden is weet ik niet, maar wij in ieder geval niet. Geen paniek, het was maar een spelletje.  Een goeie 11.000 km.  en 16 uur later wordt de landing ingezet; Santiago here we comme! Het tijdsverschil is 5 uur vroeger en het is 8u. en 45 minuten wanneer we voet aan de grond zetten. Na paspoortcontrole mogen we Chili binnen en de taks free, deze keer niet te veel windowshopping, maar toch zien we het ondertussen goed gekende flesje parfum staan, $ 42! Hmm, de beurscrash is duidelijk.

 In de exit hal worden we overrompeld door taxi chauffeurs die hun diensten aanbieden, maar wij hebben ons vervoer al geregeld. Rita Van Dijck staat ons op te wachten, onze gastvrouw van de B&B, een goeie 100 km noorden van Santiago in Olmué, een dorpje aan de voet van de 2e hoogste berg van het kustgebied in Chili: La campana. Vanop de top zou je langs de ene kant de stille Zuidzee zien en langs de andere kant het Andes gebergte, de grens met Argentinië. Vanuit de luchthaven nemen we een bus voor een half uurtje naar 1 van de 4 terminals in Santiago om van daar een bus te nemen voor een paar uur naar Olmué, het reservaat van de biosfeer, waar we onze eerste overnachtingen zullen beleven. Bussen zijn zowat het belangrijkste vervoer in Chili en dat is te merken: wat taxi’s zijn voor New York, zijn bussen voor Santiago. We rijden tussen het Andes en het kustgebergte en passeren langs de vele wijngaarden van Santiago. 

Er is vooral veel laagbouw en oude gebouwen met golfplaten als daken, in Santiago staan wel flatgebouwen. Er worden ook veel appartementsblokken gebouwd met een oppervlakte van ongeveer 50 m², een Chileen heeft niet zoveel plaats nodig blijkbaar.  Het klimaat is eerder droog en we komen veel cactussen tegen. Het is hier lente en zo een 25° C. Afwisselend tussen verharde en aarden wegen komen we aan op een pleintje vanwaar we met de auto naar de B&B rijden.  Koffers uitladen en naar onze kamer: eenvoudig, maar gezellig. We hebben ook een badkamertje met wc en douche. Meer moet dat niet zijn! Een kleine maaltijd met brood, puree van Avocado’s en tomaten doet ons deugd. De hellende tuin staat vol met fruitbomen, amandelbomen, olijfbomen en granaatappelbomen, citroenen, sinaasappelen, avocado’s, exotische planten zoals Aloë Vera en palmbomen. Van de nood een deugd makend, plukken we een 10 tal kilo avocado’s waarna we de boom bedankten voor wat hij ons gegeven heeft. 

Op het terras babbelen we nog wat en maken al wat plannen voor de volgende dagen. Rond half 9 gaat de zon onder en genieten we van een Artisjok en nadien wat soep. Een douche en toiletbezoekje later kruipen we onder de wol en denken dat het bij ons al 3 uur ‘s nachts is!

5 oktober ’16

We zijn duidelijk nog niet aan het tijdsverschil gewend en omstreeks 5 uur worden we beiden wakker. Klaarwakker! Even naar buiten sterretjes spotten, er is echter redelijk veel lichtvervuiling, maar toch meer sterretjes te zien dan bij ons.  Toch nog maar wat proberen te slapen om dan rond 7 uur op te staan. Horror! Een haarborstel vergeten! Dan maar met de hand door de ontplofte haardos. Een koffie later is dat eigenlijk al vergeten en het zonnetje schijnt alweer na de toch wel koele nacht.  Een ontbijt met zelfgemaakte confituur uit de fruithaard, sinaasappelsap uit de fruithaard, eitjes uit het kippenhok en zelfgebakken brood smaakt heel lekker. Er lopen hier ook ergens koeien rond, die wat verdwaald zijn (geen omheining), maar melk komt uit het pak. De koffie komt uit de Aldi, we hebben dat meegebracht, omdat de koffie hier nogal veel gruis bevat en Rita daarom vroeg. Ze drinken hier niet zoveel koffie, maar wel thee. Wat kan het leven goed zijn. 

We maken ons klaar voor een ritje naar zee, het kuststadje Concón. Een rit van een 80 km. langs  kleine dorpjes, een uitgedroogde rivier die in de wintermaanden redelijk vlug vol kan lopen en kraampjes langs de weg waar men alle soorten fruit verkoopt.  Aangekomen in Concón wandelen we naar het strand tussen allerlei houten hutjes die kunnen gehuurd worden door verkopers om hun spullen of specialiteiten aan te bieden.  Het seizoen is echter nog niet begonnen en alles is gesloten. Aan het strand van de Stille Zuidzee, die eigenlijk wel lawaaierig is, maken verschillende surfers zich op om te gaan surfen op de toch wel hoge golven.  Wij gaan iets drinken bij Allejandro op het strand, in een saloonachtige bar.  Een fruitsap en een pintje, salute! Iets na de middag eten we wat verderop een empanada queso (met kaas) en empanada pino (kaas en zeevruchten) als voorgerecht. Daarna een gebakken vis en een kom met allerlei gekookte zeevruchten en vis. Een vino blanco hoort daar duidelijk bij.  Het restaurantje zou de “pico” van het dorpje zijn, het beste van wat er te krijgen is voor de beste prijs.

Dan beginnen we aan een grote tour van Concón naar Viña Del Mar en dan langs de autosnelweg naar de B&B.  We rijden langs de kust en genieten van het zicht op zee en de rotsen. Op sommige plaatsen is het de moeite om uit te stappen en de plaatselijke fauna te bekijken, pelikanen, gieren, meeuwen en zelfs zeehonden die komen uitrusten op hoge rotsen.  In Viña Del Mar valt het drukke verkeer op, hier staan ook redelijk wat wolkenkrabbers en het presidentiële  vakantiehuisje… Er staan ook mooiere huisjes en villatjes, maar af en toe zit er toch een mindere tussen, alhoewel niet in het drukke centrum.  In Viña Del Mar zijn ook een paar terminals van bussen en de metro. Hier kopen we een ticket voor de bus naar Mendoza, Argentinië. Een rit van 8 uur over het Andesgebergte en dat voor 40.000 peso’s persoon, een koopje (ongeveer een slordige € 50).Wat we hier ook gevonden hebben is een haarborstel, kwestie van de haardossen onder controle te houden. Het is al donker als we aankomen en na een soepje en wat brood nemen we nog een douche en kruipen dan onder de wol.

6 oktober ’16

Vandaag een beetje een rustige dag die begint met een ontbijtje van gebakken eitjes en geroosterd brood. Een milkshake van Aloë Vera, Yoghurt, een beetje melk en Honing. Een gezondheidsdrankje van vers uitgeperste citroenen kan er ook wel in samen met het verse fruitsap.  Daarna wat kuieren en in de namiddag een wandeling in het centrum van het plaatselijke dorpje.  Het valt op dat elk huisje, winkeltje en gebouw serieus omheind is.  Veelal ommuurd met stenen of betonplaten, ijzeren tralies en hekken. Om het af te maken bovenop de omheining een rol prikkeldraad. Voor een veilig gevoel waarschijnlijk. Het is naar het schijnt wel nodig ook. Vele meer begoeden komen vanuit de steden, om zich na hun loopbaan definitief te vestigen in Olmué, maar de oorspronkelijke inwoners zijn eerder armere mensen.  En waar armoede is, is ook een onveiligheidsgevoel. Vooral als het donker is, van een onveiligheidsgevoel is bij ons nog bijlange geen sprake van.

Na wat aankopen in de supermarkt, waar Stella Artois uit Leuven ons toelacht, rijden we even tot aan het begin van reservaat van de biosfeer.  Dit reservaat is opgenomen als werelderfgoed in UNESCO.  Er is een grote hoeveelheid aan geneeskrachtige kruiden en planten te vinden. Het heersende klimaat is trouwens het 2e beste van de wereld, te vinden op Google. Dit door de unieke ligging tussen het kustgebergte en het Andesgebergte.  Het is zowat het vakantieoord voor de Chilenen. De dagjestoeristen, meestal ouden van dagen komen hier met bussen naartoe om fruit van deze streek te kopen.  Ook worden heel wat schoolreisjes naar hier toe georganiseerd.  In de zomermaanden krioelt het hier van de Argentijnen en Brazilianen. Gelukkig is het nu nog maar lente en is het hier tamelijk rustig. ’s Avonds koelt het wel wat af en ’s morgens moet het dan eerst wat opladen, maar eens vertrokken is het hier zowat 28° C. Morgen vroeg uit de veren, want we gaan naar Argentinië. In Mendoza is in 1861 de onafhankelijkheidsstrijd van Chili begonnen.

7, 8 en 9 oktober ’16

Opstaan om 5:50u., de haan gaan oproepen, een wasje en een plasje en koffie en een broodje als ontbijt. Op de weg naar Limache is het nog stilletjes, maar het leven komt op gang. Omstreeks 7:15u. komen we toe aan het metrostation en de metro naar Viña Del Mar staat al te wachten. Onderweg genieten we van het landschap en merken op dat er veel nieuwbouw is. Hele wijken met allemaal dezelfde huisjes, hier zijn niet de huizen omheind, maar de volledige wijk. Aan de ingang staat een wachtpost. 45 minuten later stappen we af aan ‘estación Hospital’, van daar is het een 200 meter stappen naar de terminal waar de bus naar Mendoza vertrekt. Het is een dubbeldekker en na vertoon van onze tickets mogen we op de bus die 5 minuten later vertrekt, oef.

Er zijn nog een paar plaatsjes vrij, maar die worden ingenomen door mensen die verderop opstappen.  Het is trouwens niet de enige bus naar Mendoza.  De belangrijkste reden waarom we deze trip ondernemen, is de oversteek van het Andes gebergte op de grens tussen Chili en Argentinië. Tussen mei en augustus is het dikwijls niet mogelijk doordat de pas is ondergesneeuwd.  De totale afstand Viña Del Mar – Mendoza over de weg is 400 km en duurt normaal zo een 8 uur, met een extra uur wachttijd aan de grensposten.  De bergtoppen zijn nog besneeuwd, maar er kan niet meer geskied worden.  Na een paar uur rijden begint de tocht over de 2e grootste bergketen ter wereld. Een gemiddelde hoogte van 4000 meter met als uitschieter de aconcagua met 6900 meter. Het landschap levert tal van adembenemende beelden op van kronkelende riviertjes afgewisseld met vlakke stukken en steile hoge  bergruggen. Langs haarspeldbochten die men caracolles noemt passeren we de grens waar we in een grote open hal een douane controle ondergaan. Er is enorm veel volk en talloze bussen, vrachtwagens en personenwagens staan in file te wachten. We moeten uit de bus en wachten 6 uur op controle. Mede door computerproblemen en vele kinderen die niet in orde waren met hun papieren duurt het zolang. Bij aankomst is het nog warm, maar tegen de avond koelt het wel serieus af. Het begint al donker te worden en de weg is niet verlicht, wanneer we mogen verder reizen.  Hierdoor kunnen we enkel lichtjes zien van de huisjes in de Argentijnse dorpjes als we het Andesgebergte doorkomen. 

We komen aan in de busterminal in Mendoza rond 22:00 uur en halen wat Argentijnse peso’s uit de muur.  Er kunnen zowat 50 bussen staan in de terminal en er zijn niet teveel plekjes vrij. Een massa volk dus bijeen. We wringen ons een weg naar buiten en gaan op zoek naar iets om de innerlijke mens te versterken.  100 meter verderop is een eettentje nog open, we drinken er een cola en een litertje bier, Stella Artois uit Leuven. Salute!  Daarom gaat een mens dus eens buiten. De vriendelijke jongedame spreekt een woordje Engels en dus vragen we of ze iets kan recommanderen om te slapen.  Just around the corner is a hostel , but no information about the eh,  accomodation en if it is clean. Toch weet ze iets zijn waar het zeker proper is en op onze vraag belt ze of er een plaatsje vrij is. Helaas niet en omdat het al zo laat is en we beginnen te gapen, besluiten we maar om ‘around the corner’ te gaan zien.  Een vriendelijk meneer die zo uit de muppet show (van op het balkon) komt, legt het ons in zijn beste Spaans uit. We kunnen volgen met handen en voeten en ook omdat hij laat zien wat hij bedoelt.  Er is een kamer met een tweepersoonsbed en 2 stapelbedjes inclusief een badkamer vrij. We pakken wel naast de promotie van 300 peso’s omdat het weekend is en betalen 700. We hadden niet te veel keus en we kunnen ons toch douchen en slapen.  Velen rijden er waarschijnlijk rond zonder uitlaat, want het is bij momenten niet normaal.  Om 9 uur moeten we de kamer verlaten, zonder ontbijt, maar aan de overkant is de bus terminal open en we drinken daar onze koffie. 

Aan de balie van de toeristische dienst krijgen we een stadsplan mee en een lijst met hostels.  Er wordt ons aangeraden om naar het centrum van de stad te gaan, naar de plaza independanza.    Na een dertig minuten stappen is het tijd voor een koffie aan de rand van de plaza.  Er is een promotie bij de koffie:  gratis torta. Helaas werken de bakkers niet op zaterdag en pakken we naast de promocion…  Maar niet getreurd, we krijgen een adres mee van een zeer goed restaurant waar we de befaamde Argentijnse biefstuk kunnen eten.  La Florencia, 2 blokken voorbij de plaza. Een steak champignon van 450 gram met gebakken aardappeltjes later nemen we een kleine siësta op de plaza independanza.  We verkennen het plein dat volledig rondom is bezaaid met kraampjes waar verkopers hun waar aanbieden. Het gaat van gehaakte diertjes tot houten speelgoed en van lederen riemen tot blinkende steentjes.  Ondertussen bellen we aan bij een eerste hostel op de lijst. Van hier worden we doorgestuurd naar een andere hostel, waar waarschijnlijk wel plaats is. Indien het een promocion had geweest, hadden we ernaast gegrepen, want ook geen plaats.  5 hostels later is er een hostel:  Huellas Indus,  waar 2 bedjes vrij zijn op een gezamenlijke kamer. Allen daarheen!  En inderdaad, er is plaats. Het is een jeugdherberg voor jongeren van 7 tot 77 jaar en het kost ons 260 Argentijnse peso’s.  Om het bedrag in Euro te weten, deel je door 17, bij Chileense peso’s moet je delen door 750. Er is een feestdag op Zondag en dat verklaart waarom er geen plaats meer is bij de meeste hostels.  Bevrijd van het daklozengevoel genieten we nog wat op de plaza, waar ondertussen al veel volk is.  Goed nieuws in de hostel, er is een andere kamer vrij, alleen voor ons, voor slechts 140 peso’s extra (een promocion?).  We krijgen er een wc, lavabo en douche bij, de douche is boven de wc, maar dat kan geen kwaad als je niet op toilet zit. We doen het en voor 400 peso’s krijgen we een kamertje met kartonnen muren en plastieken vensters, maar er is een bed en we slapen alleen. Er is zelfs ontbijt!

We moeten er terug vroeg uit, want de bus naar Viña Del Mar  vertrekt om 8:30 aan de terminal. Daardoor is er enkel koffie en een verdwaalde koffiekoek, want de bakker was nog niet open.  Opnieuw geen paniek, op de bus krijgen we een koekje en een koffie en we zijn terug op weg, terug naar onze B&B in Olmue.  We hebben plaatsjes helemaal vooraan en vanboven in de dubbeldekker, panoramisch beeld in de Andes! Door de feestdag op maandag 10 oktober 2016, Columbus dag, is er zeer weinig volk en vliegen we bijna door de douane ter vergelijking. Columbus dag is de viering van de ontdekking van Amerika door Christoffel, in Chili altijd de 2e maandag van oktober. In sommige Amerikaanse landen altijd op 12 oktober.  Ongelooflijke verzichten zijn ons deel in het prachtige Andes gebergte, dat zo een 7000 km lang is, het bestrijkt dus de volledige lengt van Chili. Gelukkig steken wij de bergketen dwars over, toch nog goed voor ongeveer 100 km. breed langs waar wij rijden. De metro in Viña Del Mar tot in Limache en vandaar met de bus naar Olmue.  Openbaar vervoer is echt wel in orde in Chili. Onze gastvrouw Rita en haar dochter Andrea verassen ons met aperitief hapjes en een warme maaltijd van aardappelen met wortels en kipfilets.  Bij een glaasje wijn vertellen we over onze avonturen in Mendoza zoals de barman die 20 pesos teruggaf op 500 pesos voor 1 koffie, omdat hij dacht dat het maar 50 pe9sos was. Helaas voor hem, werd hem deze promocion niet gegund.  Het internet is vandaag uiterst traag, dus het lukt nog niet om de blog online te zetten.  §@&§ç! (vies Spaans woord).

10 oktober ’16

We beginnen de dag met een eitje, het is tenslotte Columbus zijn dag. Deze morgen hangt de bewolking laag tussen de bergen, maar na het ontbijt is het meeste al opgetrokken. Het wordt terug een zonnige dag en het lukt om de blog op te laden, alle foto’s posten lukt echter nog niet. Kan dit vies Spaans woord nog gewist worden?  Laat maar staan, we maken er een lief Spaans woord van.

In de namiddag in de buurt rond de B&B wat rondgewandeld.  Wat opvalt is het aantal loslopende honden, sommigen liggen te slapen en anderen lopen precies doelloos rond. De vuilniszakken liggen opgestapeld in ijzeren bakken die op een staaf staan, zo een meter en een halve boven de grond.  De reden hiervoor is dat ze anders worden kapot gebeten door de honden.  Soms staan er ook containers of plastieken bakken zoals onze gft bak, maar die worden ofwel gestolen ofwel gebruikt als pispaal.  In de vooravond is er aperitief: een pisco sour en nadien een spaghetti.

11 oktober ’16

Vandaag een uitstap naar Valparaíso, een kuststadje juist voorbij Viña Del Mar. Met de metro op een uurtje van Limache. We komen aan rond de middag in een haventje en de vissers zijn juist klaar met de verkoop van vangst. Het ruikt er enorm naar vis en krioelt ervan de meeuwen en pelikanen. Op het strand liggen zeeleeuwen, wat een kolossen zijn dit. Het is toch wat anders dan op tv.  Boven onze hoofden vliegen de pelikanen uit, indrukwekkend zicht. Maar ze weten dat we ze op foto willen en blijven dan maar zitten… We wandelen verder langs het baai in de richting van het centrum en wanneer we de straat oversteken is het meteen een drukte van jewelste. Overal staan kraampjes met fruit en groenten.  Het ene na het andere winkeltje waar volk in en loopt. We doorkruisen een overdekte markt waar nog meer fruit en groenten te vinden zijn.  Opletten voor het drukke verkeer in een zee van mensen.  Er liggen hoge heuvels rond het stadje die te bereiken zijn te voet, met de wagen of met ascensors, dit zijn eigenlijk kabeltreinen die de steile heuvels opgetrokken worden en goed verborgen zijn.  Sommigen zijn al meer dan 100 jaar oud en dat is ook de reden waarom er velen gerestaureerd worden.  De ascensor ‘Espiritus Santo’ is bijvoorbeeld gesloten en het alternatief aan de plaza Equador ook. We besluiten dan maar om terug naar het haventje te lopen om iets te gaan eten. In een restaurant dat lijkt op een vissersboot eten we een voorgerecht van zeevruchten of soep en een gebakken stuk zwaardvis, die verdacht veel op tonijn lijkt.  Na het eten weten we hoe een zeeleeuw zich moet voelen, want toch wel wat teveel van het lekkers binnen gekregen.

We nemen nadien de overvolle metro terug naar Limache en met de bus naar Olmué.  Het is al donker wanneer we daar aankomen en genieten nog wat van onze laatste avond in de B&B, morgen trekken we 1230 km. naar het noorden, naar de Atacama woestijn.

12 oktober '16

Na het zoals steeds zeer gezonde en gezellige ontbijt is het tijd om onze valiezen, die we al grotendeels hadden ingepakt naar beneden te brengen. We spreken af om omstreeks 10:30u. te vertrekken naar Viña Del Mar om vandaar de bus naar Santiago te nemen.  Rita zal ons wegvoeren, omdat ze toevallig in Viña Del Mar moet zijn. Het is vandaag bewolkt, maar niet koud, ideaal om te reizen dus. We gaan onze B&B in Olmué missen! Rita heeft ons zeer goed ontvangen en gesoigneerd. Een echte aanrader voor toekomstige backpackers naar Chili! Aangekomen in de bus terminal is het tijd om afscheid te nemen van ‘ons moedertje in Chili’, die trouwens ook een hele goede gids is en ons door wat lastige Spaanse taal momenten heeft geholpen. We hebben het gevoel dat we er een goede vriendin bijhebben en geloven dat het wederzijds is.

Vochtige ogen, van de wind in de gesloten parking onder de terminal, stevige knuffels en een dikke kus later nemen we dan maar afscheid en vervolgen onze reis. Chao Rita en doe de groeten aan Andrea. Tot de volgende keer.  De busreis naar Santiago duurt ongeveer 2 uur en kost ons 5000 peso’s, € 6,6 voor ons beiden. We rijden terug lans heuvelachtige landschappen en kleine dorpjes met kleine huisjes.  We merken op dat er toch veel nieuwbouw is, modernere, maar wel kleine huizen op 1 meter van elkaar. Het gaat van straatjes tot volledige wijken die omgeven zijn door een omheining met wachtpost. Afstappen in terminal Pajaritos en vandaar met een andere bus een half uur naar de luchthaven. Het is een nationale vlucht Santiago – Calama  die 2 uur duurt. Geen douane, maar wel controle.  Aangekomen in Calama, kunnen we 15 minuten later vertrekken naar San Pedro De Atacama, een oase 103 km. oostwaarts. We zitten nu volop in de Atacama woestijn.

Lange stukken kaarsrechte weg voeren ons tot in het pittoreske dorpje, onderweg zien we de immense vlakten in dit deel van de woestijn. Er groeit bijna niks op de stenige grond.  We stoppen even om de zonsondergang mee te maken en foto’s te maken.  Plotseling is het pikdonker en 10 minuten later komen we aan bij onze hostel: Hostel Corvatsch.  We hadden reeds online geboekt zodat we zeker waren van een slaapplaats.  We zitten hier op 2400 meter hoogte en de sterrenhemel is de moeite, hier is trouwens het grootste radio - astronomische observatorium ter wereld gebouwd om naar E.T.’s uit te kijken.  In San Pedro hebben vele hostels, hotels en campings hun plaatsje gevonden en toch is dikwijls alles volgeboekt, de stroom toeristen houdt niet op.  We gaan op zoek naar een plaatsje om te eten in kleine straatjes. 

13 oktober ’16

Ons kamertje is er eentje met een bed en een kastje, geen stoel of tafeltje.  Enkel slapen dus, we mogen gebruik maken van een gezamenlijke keuken en gezamenlijke badkamer en wc.  Er zijn genoeg winkeltjes waar we onze inkopen doen om s‘ middags in de keuken iets te eten en drinken.  We gaan wat informatie zoeken over de verschillende excursies die hier te maken zijn en wat wandelen in het dorpje met op de achtergrond de majestueuze vulkaan Licancabur.  De Atacameños zijn de oorspronkelijke bewoners van de Atacama woestijn, nog vóór de Inca’s.  Het waren nomaden die leerden om goud en koper te smelten en te bewerken.  Ze zouden nog altijd strijden voor onafhankelijkheid.

14 oktober ’16

Vandaag onze eerste van vijf uitstappen in de Atacama woestijn. Om 4:30u. uit de veren om te vertrekken om 5:00u. naar de geisers van El Tatio, de wenende grootvader. We hebben de raad opgevolgd om ons goed te kleden, want het kan daar koud zijn! Het is een rit van 100 km. lang en wanneer we aankomen komt de zon al piepen.  Het is -9° C. en we zitten op 4300 m. hoogte!  Het is nodig om zo vroeg te gaan, omdat het een paar uur later al +10° C. zal zijn en de activiteit van de geisers dan minder is. Op een open vlakte is er overal stoom die uit de bevroren grond komt, soms stil en soms met veel kabaal. Waar het water uit de grond spuit heeft het een temperatuur van 60° C. en een meter verder kan het al bevroren zijn.  Boven de vallei torent een berg uit die, als je goed ziet in het midden de vorm van een hoofd heeft dat met de neus naar boven ligt. Dat is El Tatio. Aan de andere kant van deze berg, ligt Bolivia. Het smeltwater van de sneeuw in de winter dringt door de grond en wordt dan opgewarmd door de rotsgrond die op zijn op beurt wordt opgewarmd door lava. Het gebied is heel vulkanisch en we denken van elk moment mr. Spock tegen te komen. Er moet een massa water onder de grond zitten, want de geisers spuiten continue. Overdag wordt het niet warmer dan +10° C., maar in de nacht kan het wel   -20° C. worden.  Een onophoudelijk proces van smelten en bevriezen.

Iets verderop is een thermisch meertje dat aangevuld wordt door een geiser, sommigen nemen hier een duik in het warme water.  Na een koffie en een broodje zakken we af naar een dorpje van een tiental huisjes; Machuca. De mensen hier kweken lama’s en verkopen brochettes van lama voor 3000 peso’s. Het is lekker vlees dat een droge smaakt heeft die je kan vergelijken met schapenvlees. We vragen beleefd aan een lama boer of we een foto mogen nemen van zijn lama’s en voor 300 peso’s schieten we plaatjes van deze dieren met een steeds verwonderde blik op hun gezicht.  Terug op weg komen we een groot meer tegen waar roze flamingo’s te zien zijn en we hebben niet eens gedronken! Of nee, dat gaat over roze olifanten.  De hoogte en het gebrek aan zuurstof speelt mijn hersenen parten.  Op andere plaatsen komen we konijnen tegen die tussen de rotsen leven en je moet goed kijken om er 1 te spotten. Ze springen zo een beetje als een kangoeroe. Verderop door de vallei van cactussen die per jaar 1 cm. groeien valt het vulkanische gebied op.  Overal zijn vulkanen te zien en de massa ondergrondse magma heeft hier een speciaal effect, experiment magnetico.  De bus staat stil voor een heuvel en de chauffeur legt de motor stil. Nadat de voet van het rempedaal wordt gehaald begint onze bus te rijden tegen 20 km. per uur! De magnetische krachten trekken de bus naar boven!  Juist voor de top van de heuvel stopt de bus en blijft gewoon staan zonder handrem of rem. Fantastisch! 

Na deze magnifieke uitstap arriveren we omstreeks 13:30u. bij ons hostel, in San Pedro is het alweer warm. ’s Avonds eten we in de gezamenlijke keuken en babbelen wat met Engelstalige gasten, ze kunnen toch Engels allee. We wisselen wat avonturen uit en gaan wat proberen slapen, want morgen terug een uitstap.

15 oktober ’16

Vandaag opstaan om 6:30u. We gaan naar Lagunas altiplánicas. Een ander busje, dat niet zo erg rammelt en een andere gids.  Het is wel normaal dat de busjes hier na verloop van tijd beginnen te rammelen, want de wegen eens je de hoofdweg verlaat zijn nogal bezaaid met putten en bulten.  Na een rit van 120 km. Komen we aan bij lagunas Miñiques en Miscanti, gelegen in een vulkanis massief.  Dit was vroeger een rivier die het water uit de bergen naar de dalen bracht.  Door aardbevingen en vulkaanuitbarstingen werd deze rivier afgesloten en zo ontstonden beide meren, deze bevatten veel zout en dat zie je aan de witte randen van de meren.  Vogels hebben hun nesten gemaakt op het water, op 4200 meter groeien geen bomen, om de vossen niet de gelegenheid te geven hun eieren te roven.  Hier krijgen we een ontbijt en oploskoffie. 

Van hieruit trekken we verder naar laguna Chaxa, een zoutmeer gelegen in een zoutvlakte van 240 vierkante km! Je ziet de omgeving zo veranderen van bruine ondergrond naar wit, het kenmerk van zout.  Het zout is echter niet te eten omdat er schimmels inzitten.  In dit meer is onder andere ook lithium te vinden, het is een olieachtige substantie die achterblijft nadat je je hand even door het water laat gaan. In dit meer leven flamingo’s die een soort garnalen eten die in het water leven, deze garnalen zijn niet groter dan een halve mm. Flamingo’s moeten zo een 400 gram van deze opeten per dag en doen dus de hele tijd niets anders dan eten. Het is immens, de witte vlakte, en we beseffen hier nog maar eens hoe nietig we eigenlijk zijn.

Prachtige verzichten vanuit de bus voeren ons langs Tambillo, dit is een oase die enkel dient om de dieren beschutting en voedsel te geven. De bomen hun wortels gaan tot 6 meter in de grond om water te vinden.  We rijden verder langs grote scheuren in de rotsgrond naar Toconao, een dorpje dat al bewoond werd 11.000 jaar voor Christus. Hier stoppen we even om wat foto’s te maken van het kerkje met afzonderlijke klokkentoren.  Bij aankomst aan de hostel is 28° C. en we kunnen onze extra T-shirt, pull en jas beter uittrekken.  We gaan een meñu de dia eten in een restaurantje: een glaasje wijn met kip in pilipili met aardappelen die Columbus indertijd heeft tot bij ons gebracht. Nadien hebben we nog wat tijd om geld uit de muur te halen en wat winkeltjes te bezoeken.  Na 35 pogingen lukt het om geld af te halen.

16 oktober ’16

Deze morgen geen excursie, pas in de namiddag om 16:00u.  Dus tijd om op het gemak te ontbijten, een boekje te lezen en wat foto’s op te laden.  De zon is al van de partij en er is geen wolkje te zien.  Gisteravond ging de wind hier nogal tekeer, het zand was overal, nu is het windstil.  De Atacama woestijn is 1 van de droogste plaatsen op aarde met een gemiddelde neerslag van 10 mm. Per jaar! Dat kunnen wij ons nauwelijks voorstellen.  In Calama is het zelfs van 1974 geleden dat het geregend heeft en dan was het zomaar eventjes 400 jaar droog gebleven.  Even laten bezinken. 

Tijd voor de tour Laguna Cejas, op 30 km. van San Pedro liggen 3 zoutmeren waar het zoutgehalte 400 gram per liter bevat.  Dit zijn waarden die bij de hoogste van de wereld mogen gerekend worden.  Je drijft er zoals een rubberbootje op het water. De fauna bestaat uit flamingo’s , vogels en vossen.  In 1 van deze meren mag je zwemmen of beter gezegd drijven, maar het water is ons wat te koud en hier heeft wind vrij spel over de vlakte van 70 km. op 100 km.  Omgeven door vulkanen waarvan nog enkele licht actief zijn.  100 miljoen jaar geleden was dit gebied een oceaan, door de tektonische werking werden gebergten gevormd, door de druk ontstaat dan vulkanisme.  Deze oceaan werd hierdoor afgesloten en werd eigenlijk een gigantisch meer.  Door verdamping van het water bleef dan het zout over. Dit proces duurt miljoenen jaren.  De lagunes zijn plekken waar het grondwater boven de grond komt.  Het grondwater komt van het gebergte waar in de winter veel sneeuw ligt en die dan smelt om zo onder de grond grote rivieren vormt die verder stromen naar het westen waar het lager is. 

We zetten onze trip verder naar Ojos del Salar, 2 sinkholes met een diameter van 30 m.  Deze zijn ontstaan doordat het grondwater op deze plaats omhoog werd gestuwd en de harde woestijngrond van onder af deed afbrokkelen.  Men heeft tot hiertoe nog steeds geen weet hoe diep deze putten zijn.   Het lijkt alsof we hier in het middelpunt van deze vallei staan en dat is op zijn minst indrukwekkend.  Wat later rijden we door naar een ander groot zoutmeer, laguna Tebinquiche.  Hier wandelen we langs het pad aan de oever en hebben zicht op wederom machtige landschappen en mooie kleuren die in elkaar overgaan.  Aan het einde van het wandelpad staat onze gids te wachten met een pisco sour en wat hapjes.  Hier beleven we een prachtige zonsondergang met een prachtig boeket van veranderende kleuren aan de horizon.  

Met het laatste beetje licht verlaten we het meer, aan de ingang moeten we nog 2 mensen oppikken die het toegangsbedrag van 2000 peso’s niet wilden betalen en dus niet het park mochten betreden.  Ramp voor onze gids wanneer blijkt dat deze mensen hier niet zijn.  De park rangers zijn al weg en we tasten dus letterlijk en figuurlijk in het duister, want de zon is onder en we kunnen niet zien of de gezochten zich ergens in de buurt bevinden.  De gids is verantwoordelijk voor iedereen op zijn bus en begint zich te verontschuldigen voor de vertraging. Met een T-shirt aan die als opschrift heeft ‘No worries mate’, mag je je dus wel zorgen beginnen maken.  We steken hem met zijn allen een hart onder de riem in het Vlaams, Engels en Spaans.  We vormen reddingteams en 4 Jongens met zaklampen beginnen het wandelpad af te lopen op zoek naar de vermisten.  Ondertussen zien we de maan opkomen en hebben een geweldig zicht op de sterrenhemel waarbij totaal geen lichtvervuiling is.  Elk nadeel heb zijn voordeel zei Johan Cruijff.  Niemand te vinden en we besluiten dan maar te vertrekken, volledig in het donker rijden we door de woestijn terug naar San Pedro.  Onderweg laat iedereen zijn afkeuring gelden van de vrouw en haar zoon hun onverantwoordelijke gedrag. Na een telefoontje van de organisatie van de tour blijkt dat ze vertrokken zijn met een andere bus en veilig en wel zijn, dan is het feest in de bus. Een drietal uur later dan gepland komen we aan bij hostel Corvatch waar we ons nog een koffie inschenken.  Al bij al een leuke ervaring bij met als extra de terugrit langs de onverlichte wegen.

17 oktober '16

Terug kunnen uitslapen, wat een luxe! Deze morgen onze uitstap voor morgen geregeld, een nachtje extra geboekt in deze hostel en onze lunch gemaakt.  Vanmiddag maken ze een uitstap naar valle de la luna en valle de muerte.  Onze gids arriveert om 16:00u. en weg zijn we.  Een ritje van 6 km. en we zijn aan de maanvallei, we konden even goed naar de maan lopen, maar dat zeg je niet hé?

De naam van de vallei is niet gestolen, rotsen van steen en mineralen zoals natrium en calcium zijn overal rondom ons. In deze omgeving werd tot 50 jaar geleden zout gewonnen. Hele blokken doorzichtig natrium steken uit de rotsen, dat zout werd gebruikt om te vermengen met klei en zo het koper uit andere mijnen te scheidden van andere ertsen. Het niet doorzichtige witte natrium werd dan bewerkt tot zout dat geschikt werd bevonden voor menselijke consumptie. De volksgezondheid ontdekte echter dat dit zout geen jodium bevatte en dus niet meer kon gebruikt werden door mensen. Je begrijpt de noodzaak van jodium voor ons lichaam als je het opzoekt.

Deze rotsen hebben het erg te verduren gekregen terwijl het Andes gebergte aan het groeien was, en misschien nog steeds groeit. Het water uit de oceaan vond hier moeilijk doorgang wat de enorme zoutafzetting verklaart. Aan de andere kant trok het Andes gebergte deze rotsformatie als repen uit elkaar. Met momenten lijken de erg grillige rotsen echt het landschap van een andere planeet, je waant je zo in Star Wars. We hebben zelfs yoda gezien, al was het op de zijkant van een camionet. 

Even verderop is de vallei van de dood, dit decor komt recht uit een western. Veel zand en het gebied is een miniversie van de grand canyon. We beklimmen deze rotsen tot aan de top. De beloning hiervan is gewoon niet te bevatten, gewoonweg schitterend en we zijn on top of the world! Er is veel wind, maar het is helemaal niet koud. We drinken wel veel water, want van al dat zout krijg je natuurlijk dorst. Op deze hoogten moet je veel drinken, je zou het anders niet volhouden. Wie ooit deze rotsen beklimt en op een 20 m. Van de top ergens links beneden een witte pet vindt, gelieve die mee te brengen. 

We maken terug een zonsondergang mee, maar dit keer vanop een rots en op 10 m. Van een afgrond van minstens 200 m. Het zicht is wederom fantastish. We hebben hier op 4 dagen een enorme variatie aan landschappen gezien. Allemaal om te mooier. Eddy Wally zou dit geweldig hebben gevonden.

18 oktober ’16

Voor de uitstap van vandaag naar de Chuquicamata kopermijn, hebben we via internet een boeking gemaakt.  Plan A was om vandaag te vertrekken uit San Pedro en in Calama te overnachten om deze uitstap vanuit Calama te maken.  We zouden dan echter moeten een plaats zoeken om onze valiezen te stockeren aangezien de tour begint om 13:00u. en we de hostel in Calama moeten verlaten om 11:00u. Probleem dus, want geen mogelijkheid om dat te doen en onze valiezen meesleuren is ook geen optie.  Daarbij komt ook nog dat Calama een wat gure stad is waar niets te zien of te doen is. Daarom plan B. Een extra overnachting in hostel Corvatsch, onze transfer naar de luchthaven met een dag uitgesteld en via Turbus naar Chuquicamata en terug.  Onze valiezen blijven gewoon in de hostel en we zijn gerust.  Om 09:46u. vertrekt de bus voor de 100 km. lange rit. 6000 peso’s voor ons beiden wat een lachertje is.  De bus rijdt tot in een terminal in Calama en vandaar nemen we een taxi voor ongeveer 3 km. waar de tour begint. Dat kost ons 3500 peso’s, merkelijk duurder dus dan de bus.

Vanuit Calama kun je een bezoek brengen aan de Chuquicamata kopermijn 16 km ten noorden van de stad, de grootste open kopermijn ter wereld. Een bezoek aan de mijn is indrukwekkend. Alles is er van een enorme schaal; dat begint al bij het grote welkomstbord: ‘CHUQUICAMATA, LA MINA MAS GRANDE DEL MUNDO’. De mijnput zelf is van enorme afmetingen: 5 km x 2,5 km groot en 1250 m diep; 150 reuzenvrachtwagens met banden van 4 m hoogte rijden continu met gesteente heen en weer. Even indrukwekkend zijn de enorme fabriekscomplexen waar het koper wordt geëxtraheerd. En natuurlijk zijn ook de afvalbergen gigantisch. Enorme infrastructurele voorzieningen waren nodig: wegen, hoogspanningsleidingen, drie 60 tot 100 km lange aquaducten vanaf de punarand naar Chuquicamata (om water uit de bergen aan te voeren), en een spoorlijn naar Antofagasta.

De Chuquicamatamijn is erg belangrijk voor de economie van Chili, maar de mijn is ook controversieel, want het is tevens de grootste vervuiler van het land: de rivier de Loa is een van de zwaarst vervuilde rivieren van het land (arsenicum uit het koperafval). Bovendien onttrekt de mijn erg veel water aan de landbouw. Rond de mijn ligt een hele stad voor de duizenden werkers van de mijn, geheel gebouwd door de Codelco-mijnmaatschappij, met goede voorzieningen als gratis scholen, sportvoorzieningen en een van de beste ziekenhuizen van het land. De meeste inwoners van Chuquicamata zijn dan ook trots op ‘hun’ mijn. In 1998 werd bekend dat het complete mijndorp van Chuquicamata naar Calama moest verhuizen in verband met volksgezondheidsproblemen (stof, arsenicum) en de zwaar vervuilde grond rond de mijn. Momenteel wordt druk gebouwd aan het ‘Nueva Calama’, en zal in Chuquicamata alleen de mijn overblijven; het oude mijndorp wordt vanwege nieuwe kopervondsten in de toekomst geheel afgegraven.

Het oude mijndorp is een echte spookstad, er woonden hier ongeveer 25.000 mensen en is nu verlaten.  Het meeste wordt echter onderhouden zoals de planten en de pleinen.  De huizen zelf in mindere mate en dat begin je te zien.  Op de plaza mogen we uit de bus om wat rond te lopen en foto’s trekken. In de straatjes mogen we niet in, omdat de veiligheid niet kan gegarandeerd worden. Dit stadje is een archief van de vroegere dictatuur en dat blijkt uit de militaire structuur. Er staan grotere huizen en villa’s die bewoond werden door de grote bazen van de mijn en kleinere tot bijna hutjes voor de werknemers die een mindere functie hadden.  Er was alles in het stadje voorzien, winkels, restaurants, bars, scholen tot zelfs een stadion toe. Rond de plaza zijn de mooiste gebouwen te vinden en een kerkje.

Na deze indrukwekkende toer verlaten we de mijnstreek waar ze misschien in 2020 gaan beginnen met ondergrondse mijnbouw.  Er zit koper in de grond tot op zo een 10 km. diepte en hiervoor moet ondergronds gegaan worden.  Het werk is verzekerd voor 60 jaar.  Aangekomen in onze hostel te San Pedro, bakken we ons een eitje met spek en eten dat smakelijk op.

19 oktober ’16

Tijd om de valiezen in orde te zetten en wat herinneringen mee te nemen.  We vertrekken om 15:30u. naar de luchthaven om naar Santiago te vliegen om 18:25u.  We kuieren nog wat rond in het zonnige San Pedro, waar we misschien ooit nog eens zullen terug komen.  In Santiago hebben we een hostel geboekt nabij de metro, dus dat moet te vinden zijn! Hostel Providencia, een kamer met ontbijt.

Onze vlucht heeft een onverwachte vertraging, de piloot en zijn bemanning zouden al langer dan 8 uur gevlogen hebben en daarom moet een nieuw team opgeroepen worden, uiteindelijk vertrekt de vlieger 3 uur te laat. Dat betekend dat we pas om 23:30u. in Santiago zullen aankomen. Bussen of de metro mogen we vergeten.  De staff van de vliegtuigmaatschappij maakt dit goed door gratis vervoer te voorzien naar hostel Providencia.

20 oktober ’16

We krijgen uiteindelijk iemand van de vliegtuigmaatschappij te pakken in Santiago, mede door de hulp van een vriendelijke Chileen.  Ons vervoer naar de hostel is met een transfer busje waar nog enkele mensen inzitten.  De hostel is enorm, 4 grote huizen zijn in elkaar geweven met een keuken, eetplaats / zitplaats / bar, een afzonderlijke smoking area en verschillende wc’s en badkamertjes. Onze kamer is nummer 201 en ruimer dan in San Pedro, voor 67.000 peso’s is ze van ons voor 2 nachten en we mogen een gezamenlijke badkamer met douche gebruiken. We gaan slapen om 2 uur.

De eetplaats is reeds goed gevuld als we gaan ontbijten.  Er zijn broodjes, jam, choco, gekookte eitjes, koffie en sinaasappelsap en vers fruit.  Het smaakt heerlijk. Het is heel gezellig en leuk ingericht, deze hostel is een schot in de roos. We raken aan de praat met een Zuid-Afrikaan die hier al lange tijd op reis is.  We krijgen tips over het zuiden van Chili, goed voor de volgende keer.  Wat later komt er een Argentijn bij en we praten over hoe het in ieder zijn er aan toe gaat. We komen tot de conclusie dat elk ander zijn/haar land, beter is dan het eigen land! Raar hé? 

Na dit internationaal onderonsje gaan we de Stad wat verkennen.  Het is er heel druk en op vele kruispunten zie je straatanimatie, hele boys bands die hun nummertje opvoeren terwijl het rood is, om daarna hopen van wat geld te krijgen van de gedwongen toeschouwers.  Er staan op enkele plaatsen ook kramers met sinaasappel persen voor wie een fruitsapje wil. Op de achtergrond zie je de bergtoppen van de Andes met de eeuwige sneeuw.  Het is alsof deze bergen onvermoeid de stad bewaken.  Ze staan er en ze gaan nergens heen.  Veel Argentijnen komen trouwens hier skiën in de winter, maar nu is het lente en dus spreken we niet over winter tot … We beginnen wel te beseffen dat het onze laatste dag hier is, maar laten het niet aan ons hart komen.  De kabeltrein die ons zou naar het hoogste punt van Santiago voeren voor een niet te onderschatten beeld van de stad is gesloten en dus pech voor ons.  We nemen een ticket voor de hop on and hop off stadstoer, maar de bus staat meer stil dan dat hij rijdt in het drukke verkeer.  Onwillekeurig denken we hierdoor aan thuis, hoe zou dat komen?

We besluiten om maar af te stappen en gaan ergens iets drinken, waar plots een niet zo propere en nuchtere vrouw opduikt om het bier uit de glazen te komen opdrinken.  Omdat ze niet krijgt wat ze wou, rent ze vloekend weg. Blijkbaar een stadsfiguur, misschien zingen ze er later wel een liedje over. Te voet verkennen we wat de uitgangsbuurt is van Santiago.  Enkel een paar bar en restaurants zijn al open.  In een botelliaria kopen we een flesje pisco sour oftewel het zure goud. We gaan verder naar het stadsdeel waar de winkeltjes zijn en in een overdekte hal zitten we plots te midden in het walhalla van de kappers! Tientallen kapsalons naast elkaar waar iedere kapster smeekt om ons haar af te knippen.  Voor
10.000 peso’s mogen ze ons dan kortwieken.  En ja, het is kort, niet te kort toch. Nadien laten alle kapsters ons gerust, er is blijkbaar niet meer om te knippen of zo.

Tegen de avond komen we aan in de hostel, waar we vervoer regelen naar de luchthaven. Er is een free pisco sour feestje aan de gang en we zijn uitgenodigd, joepie!  Algauw komen we bekenden van de vorige praatsessie tegen en we zijn weer vertrokken.  Men kan toch zo gemakkelijk vrienden maken als men het wil.

21 oktober ’16

De dag is aangebroken om Santiago en Chili te verlaten.  Om 11:00u. pikt een taxi ons op om ons naar de luchthaven te brengen.  In de gezellige hostel is het terug een drukte van vrolijke mensen die allemaal komen ontbijten.  Ditmaal vliegen we naar Parijs en vandaar met de TGV naar Brussel.  Back to live, back to reality. Chao Chili, je betoverende landschappen, je vriendelijke en behulpzame inwoners en je lekkere eten hebben ons verrast.  We komen hier zeker eens terug.  Misschien zelfs met een woordje Spaans of 2 meer.  Thuis gaan we alvast Empañadas maken en Pisco Sour drinken, Salud!

Chao,

Hilde en Andy

Foto’s

7 Reacties

  1. Rita en hendrik:
    10 oktober 2016
    Wat een avontuur. Geniet er van
  2. Christel:
    10 oktober 2016
    Amaj zo tof om jullie verhalen te lezen :) Wat de parfum betreft alvast bedankt he matekes Geniet nog met volle teugen van jullie o zo leuke reis, wij genieten stillekes mee!
  3. Rita:
    10 oktober 2016
    gelijk Hilde en Andy mogen er nog komen Altijd onze babbel , heel aangename mensen
  4. Christel:
    12 oktober 2016
    Ben juist thuis na nachtdienst (ja er moet ook nog gewerkt worden) en bekijk natuurlijk jullie profiel, nee geen verhalen meer bijgekomen :( jullie foto's maar eens bekeken! Andy voor ne stella moet je niet zo ver reizen zelle mateke, mss wel voor 1 ne van dat formaat :) Ik zie dat jullie het ginder goed hebben, hopelijk komen jullie toch nog terug?! Maar eerst nog goed genieten he, allee tot schrijfs. Jullie (beste) biervra
  5. Rita en hendrik:
    12 oktober 2016
    Hilde en Andy. Kunnen jullie skypen op donderdagmiddag rond 3u in de namiddag (tijd in moorsel). Je moeder wil jullie zelf eens horen en zien en dan zullen we daar zijn.
  6. Christel:
    14 oktober 2016
    Na jullie ontbijt met "tikkeneitjes" staan jullie er weer stevig op!! We kijken uit nr jullie verdere verhaal en foto's!! Andy, mss ook eens een foto van ons Hilde waarop we haar gezicht kunnen zien :) Grtjes en veel bezienswaardigheden en foto's natuurlijk voor de stille thuis genieters want ja hoor wij zijn steeds blij te kunnen lezen dat het goed gaat met onze beste buren en maatjes!!
  7. Jan US:
    15 oktober 2016
    Zo te zien en te lezen al een heel toffe reis, eigenlijk een beetje zjaloes ;-). Goed geschreven relaas. Geniet er nog van! Ik ben benieuwd naar het vervolg.